Met grote vreugde heeft de Neocatechumenale Weg het nieuws vernomen van de verkiezing van kardinaal Robert Prevost tot opvolger van Petrus. Zijn eerste woorden hebben ons met blijdschap vervuld, doordat hij de Verrezen Christus centraal stelde, die ons Zijn vrede aanbiedt, en de evangelisatie die voortkomt uit een missionair hart.
Een bijzonder weerklank in het hart van alle broeders van de Weg – en in het bijzonder in dat van mijzelf – was het feit dat de verkiezing plaatsvond op de dag van de gedachtenis van Onze-Lieve-Vrouw van Pompeï, aangezien Onze-Lieve-Vrouw van Pompeï een bijzondere betekenis en aanwezigheid heeft gehad in de geschiedenis van de Neocatechumenale Weg. In 1968, toen ik samen met de Dienares Gods, Carmen Hernández, in Rome aankwam, werden we door Don Dino Torreggiani, stichter van de “Dienaren van de Kerk”, juist naar de voeten van de Maagd van Pompeï gebracht om de missie die begonnen was onder de barakkenbewoners van Palomeras Altas, aan de rand van Madrid, aan haar toe te vertrouwen. Sindsdien zijn er meerdere betekenisvolle gebeurtenissen geweest die de Weg op 8 mei hebben begeleid.
Ook tijdens zijn bisschopsambt in Peru had hij de gelegenheid om persoonlijk kennis te maken met het verantwoordelijke team en met de Weg, deze te begeleiden en voor te gaan in een roepingenbijeenkomst waarin hij de jongeren aanmoedigde om missionarissen van Christus te zijn.
De naam die hij als opvolger van Petrus heeft aangenomen, Paus Leo XIV, herinnert ons eraan hoe zijn voorganger, Paus Leo XIII, de Kerk heeft moeten besturen in werkelijk moeilijke tijden, ter verdediging van de christelijke identiteit.
De Weg is bovenal een charisma dat de missie vooropstelt via een christelijke initiatie die wordt aangeboden aan bisdommen en parochies; een concreet teken hiervan zijn de duizenden gezinnen in missie op sterk geseculariseerde plekken, de seminaries Redemptoris Mater, waar priesters worden gevormd voor de Nieuwe Evangelisatie, en de hele familie- en jongerenpastoraal. We zullen verheugd zijn om, samen met Zijne Heiligheid, al deze gaven van de Heer in dienst te stellen van de Kerk voor het welzijn van de mensheid, en in het bijzonder van die “vele gedoopten die… in een feitelijk atheïsme terechtkomen”, zoals Paus Leo XIV herinnerde in zijn eerste homilie in de Sixtijnse kapel.
We verzekeren de Heilige Vader van ons gebed en dat van alle broeders en zusters, opdat zijn ambt alle vruchten mag dragen die de mens van vandaag nodig heeft.
Kiko Argüello
8 mei, Onze-Lieve-Vrouw van Pompeï
